Origineel gepubliceerd op PEXE

Een Walking Skeleton representeert een minimale, end-to-end functionele implementatie van een systeem. Volgens Martin Fowler is het “a minimal implementation of a system that is functional from end to end.”

Wat is een Walking Skeleton?

Een Walking Skeleton verschilt van een paper prototype door de gehele software architectuur te valideren in plaats van alleen UI design.

Kernkenmerken:

  • Skeletversie met alleen bare-bones functionaliteit
  • Uitvoerbaar en operationeel
  • Demonstreert integratie over alle systeemcomponenten
  • Valideert architectuurassumpties vroeg

De aanpak voorkomt verspilde moeite aan implementaties die later fundamentele wijzigingen nodig blijken te hebben.

Walking Skeleton vs. MVP

Deze concepten dienen verschillende doelen:

Walking Skeleton:

  • Technisch proof of concept
  • Valideert systeemcomponent integratie
  • Minimale feature set maar architectureel compleet
  • Gebouwd voor interne validatie, niet klantgebruik

MVP (Minimum Viable Product):

  • Business-gedreven aanpak
  • Levert genoeg features voor early adopters
  • Verzamelt gebruikersfeedback
  • Bredere scope dan Walking Skeleton

Het onderscheid is belangrijk: een Walking Skeleton test technische haalbaarheid en component koppeling voordat teams onafhankelijk verder gaan met hun werkpakketten.

Full-Stack Implementatie

Walking Skeletons spannen typisch complete technology stacks:

  • Front-end: Desktop UI, web interface, mobile app, of CLI
  • Back-end: Core business logica
  • Database: Data persistentie laag
  • Integratie: Alle lagen communicerend end-to-end

Dit bewijst vooral waarde bij niet-standaard interfaces (GraphQL, gRPC, RabbitMQ, Kafka) of onconventionele front-end technologieën (Electron, Tauri).

User Story Map Backbone vs. Code Backbone

Twee gerelateerde maar verschillende concepten:

USM Backbone:

  • Vangt essentiële systeemfeatures
  • Documenteert ondersteunde gebruikersactiviteiten
  • Gevalideerd met stakeholders

Code Backbone:

  • Technische implementatie van USM elementen
  • Adresseert architectureel risicovolle activiteiten
  • Integreert alle major componenten
  • Demonstreert haalbaarheid

De code backbone operationaliseert de features geïdentificeerd in de User Story Map.

Conceptual Integrity

Anders dan losse proof-of-concepts demonstreert een Walking Skeleton grotere integratie:

  • Code compileert samen als unified product
  • Consistente code kwaliteit over front-end en back-end
  • Unified build processen en linting standaarden
  • Gebruikers ervaren consistentie over systeemonderdelen

Kernbronnen

  • Martin Fowler: Foundational minimal implementation concept
  • 67 Bricks team: Definition en rationale voor Walking Skeletons
  • Czubajewski (2024): Distinction from MVP